Aan mijn kleinkinderen.
Bestaan er oplossingen voor onze problemen. Neen, die bestaan er niet. Oplossingen kunnen alleen bestaan , wanneer er sprake zou zijn van een perfecte wereld. Maar in een dergelijke wereld zouden er ook geen problemen ontstaan. Aangezien die niet bestaat, zullen de oplossingen dus slechts verbandmiddelen kunnen zijn.
Anders gezegd: wij zullen dus moeten streven om de schade zoveel mogelijk te beperken. Valkuilen vermijden, laveren, schipperen, dat soort dingen.
Kafka streed tegen de overheid. Mijn broer streed en strijdt tegen de Gemeente. Iedereen strijdt eigenlijk altijd en voortdurend tegen de systemen,vaak zonder het zelf te beseffen.
Het grote probleem is eigenlijk, dat wij als individu niet opgewassen zijn tegen deze systemen. Dat komt vooral tot uitdrukking, wanneer we met deze systemen in conflict raken.
Mijn huis zou worden gerenoveerd bij vertrek. Gedurende drie maanden ontvangt de woningstichting geen huur, in verband met die renovatie. Mijn woonkamervloer verzakt door een giftige zwam. Ik stel voor om drie maanden te vertrekken, om hun gelegenheid te geven tot algehele renovatie van de woning. Prima Jan. Maar je moet wel de huur doorbetalen. Kijk dat bedoel ik dus. Het systeem heeft de macht en ook al heeft het individu volkomen gelijk, het systeem beschikt en gaat op de stoel van God zitten. Gesprekken met een bestuurder hebben geen enkele zin, want managers zijn geen creatieve mensen. Dat zijn gladde jongens, die geleerd hebben dat het maken van carriere hoofddoel is. De rest is bijzaak. Zij kunnen nauwelijks verliezen, zij kunnen zich altijd achter hun systeem verschuilen. Zij hebben geen enkel probleem om met leugens te werken en doen er alles aan om mooi over te komen. De vorm is belangrijker geworden dan de inhoud. Hun gelijk staat voorop.
Iedereen die werkt in het systeem, zal er alles aan doen om dit systeem in stand te houden. Het is immers hun broodheer. Vergelijk in deze de opstelling van verreweg het grootste gedeelte van de Nederlanders in de Duitse bezettingstijd. Om nog maar te zwijgen over de gezagshouding van de Antirevolutionairen, maar dat even terzijde.
Dat (bank)systemen behoorlijk verrot in elkaar kunnen zitten bewijst de recente kredietcrisis. Dan moet het systeem door een nog groter systeem gestut worden.
260 euro moest ik betalen voor het niet verwijderen van een trapvloerbedekking, die ik niet zelf had ingebracht. Schriftelijk had ik meegedeeld over het waarom. Rekeningen schrijven, daar zijn de systemen goed in. Dat hebben zij wel onder de knie gekregen. Maar bij chicanes laten zij het helemaal vaak afweten. Zij zijn ook geen tegenspraak gewend en verworden daardoor vaak tot zwijnen.
Gecorrigeerd worden is een zegen. Dat doet het klootjesvolk slechts bij hoge uitzondering. Daarmee scheppen zij hun eigen monsters.
Natuurlijk heb ik deze zaak voor de rechter willen brengen. Zij hadden mij immers van te voren niet ingelicht over deze belachelijke prijs. Uiteindelijk zijn wij tot een akkoord gekomen. De prijs ging omlaag naar 100 euro. Dat bedoel ik dus.
Reken maar dat het voetvolk ook niet altijd even gemakkelijk is, zou je hiertegen kunnen inbrengen. Dat klopt, dat haalt overigens mijn stelling niet onderuit. Mogelijk zelfs een bevestiging.
De belastingdienst is ook een monsterlijke instelling. Ook zij hebben absolute macht over het individu. En dat zelfde eenvoudige individu moet hun ongelijk aantonen. Een ongelijke strijd. Zij beschikken over alle onmiddellijk inzetbare middelen om je te torpederen. Een belastingformulier twee keer invullen ( na een correctie) levert je twee maal betaling op. Dat is heel gewoon. Probeer daar de idiotie maar van aan te tonen. Dan ben je een toeke jongen.
Neen, schattebouten, jullie zullen moeten leren leven in een onvolmaakte maatschappij. Veel succes. Oh, by the way, nog even een niet onbelangrijke mededeling tot slot. Hoe mooier je karakter hoe langer het zal duren, voordat je die levenskunst ( die smeerlapperij) zal beheersen.
Jan Posch, 1 november 2009.
Lees verder →